In de jaren 70 werd westerse pop geleidelijk een grotere inspiratiebron voor het land van de rijzende zon, maar traditionele Japanse folk, zangwijzen en melodieën domineerden kayōkyoku. Deze voorloper van moderne j-pop is expressief en emotioneel, maar op een meer ingehouden manier dan enka, en streelt het oor met de zachte klanken van saxofoon, rubberen bassen, xylofoon en strijkers.