Sommige kinderen spelen op hun vierde in de zandbak, anderen bezoeken dan al het plaatselijke conservatorium. Maar dan hebben we het over de categorie wonderkinderen, waartoe Renaud Capuçon (1976) overduidelijk behoort. De Fransman laat zich graag uitdagen, en deze werken van Glass en Bernstein komen hem daarin volop tegemoet. Want zowel het ‘Violin Concerto No. 1’, geschreven voor Glass’ overleden vader, als Bernsteins ‘Serenade’ (gebaseerd op Plato's ‘Symposium’) vergen dat de violist de aandacht opeist maar tegelijk zijn klanken intiem verweeft met die van de fluit, klarinet en trompet (Glass) alsook harp, triangel en xylofoon (Bernstein).